In dit artikel leggen we uit hoe DNS en nameservers werken bij domeinnamen. Daarnaast bespreken we de verschillende soorten DNS-records die je kunt gebruiken bij URL.nl. Deze verzameling van DNS-records noemen we DNS-instellingen. Bij URL.nl kun je eenvoudig en gratis je DNS en nameservers beheren.
Nameservers
Om te begrijpen hoe DNS werkt, is het eerst belangrijk om te weten wat nameservers doen. De DNS-records van je domeinnaam worden opgeslagen in de nameservers die aan je domein zijn gekoppeld.
Wanneer je een domeinnaam in de adresbalk van je browser invoert, wordt er een verzoek gestuurd naar de nameservers die voor het domein zijn ingesteld. Deze nameservers geven vervolgens het IP-adres terug dat in de DNS-instellingen van je domeinnaam is opgenomen.
Als je een domeinnaam registreert bij URL.nl, worden standaard de URL.nl-nameservers gebruikt. Dit betekent dat de DNS-records die je in je controlepaneel instelt, direct actief zijn.
Wil je liever andere nameservers gebruiken, bijvoorbeeld omdat je website bij een andere provider wordt gehost? Dan kun je die instellen. Let wel: in dat geval beheer je de DNS-records via de andere provider en niet meer in je controlepaneel bij URL.nl.
DNS
DNS, wat staat voor Domain Name System, maakt het mogelijk om je domeinnaam te koppelen aan specifieke diensten, zoals een website of e-mailserver. Dit doe je met behulp van DNS-records.
In je controlepaneel bij URL.nl kun je eenvoudig de DNS-records van je domeinnaam bekijken en beheren.
Welke types DNS-records kun je instellen?
Je hebt diverse DNS-records tot je beschikking waarmee je je domeinnaam kunt beheren. Hieronder vind je een overzicht van de meest gebruikte DNS-records en hun functies:
- A-Record: Koppelt een IPv4-adres aan een (sub)domein.
- AAAA-Record: Koppelt een IPv6-adres aan een (sub)domein.
- CNAME-Record: Verwijst een subdomein naar een ander (sub)domein.
- MX-Record: Geeft aan welke mailserver verantwoordelijk is voor het verwerken van e-mails.
- TXT-Record: Voegt leesbare tekst toe aan je DNS, vaak gebruikt voor SPF- en DKIM-records.
- SPF-Record: Specificeert welke servers mogen e-mailen namens jouw domein.
- DKIM-Record: Valideert de afzender van e-mails.
- CAA-Record: Beperkt welke certificaatautoriteiten SSL-certificaten voor je domein mogen uitgeven.
- SRV-Record: Geeft aan waar een bepaalde service bereikbaar is.
- NS-Record: Geeft aan welke nameservers verantwoordelijk zijn voor subdomeinen.
- TLSA-Record: Koppelt een TLS-certificaat aan een domeinnaam.
- NAPTR-Record: Wordt vaak gebruikt voor SIP-toepassingen en andere geavanceerde services.
- ALIAS-Record: Verwijst je hoofddomein naar een ander (sub)domein.
- DS-Record: Gebruikt voor DNSSEC-beveiliging bij subdomeinen met externe nameservers.
Hulp nodig?
Heb je na het lezen van dit artikel nog vragen? Neem dan contact op met onze supportafdeling via de knop 'Neem contact op' onderaan deze pagina.
Voor vragen over het instellen van DNS-records of nameservers bij een externe hosting- of e-mailprovider, kun je het beste direct contact opnemen met die provider.
